De eigen stijl van Artemisia Gentileschi

Tot 23 januari 2022 toont het Rijksmuseum Twente in Enschede werk van Artemisia Gentileschi, een van de beroemdste vrouwelijke schilders van de 17de eeuw. Een aantal keren ben ik de tentoonstelling gaan bekijken en heb ik me verwonderd over de vele stijlen van haar werk. Was dit allemaal werkelijk van één schilder?

Drie werken van Artemisia Gentileschi: Lucretia 1612-13 (100×77 cm) in een stijl die doet denken aan Caravaggio, Judith en haar dienstmaagd 1613-14 (114×93 cm) in een stijl die aansluit bij de manier van de Accademia van Florence, en Madonna en kind 1616-18 (118×86 cm) in de Maniera devota van het Spaanse hof.

Jesse M. Locker schreef een goed boek over de schilderkunst van Artemisia Gentileschi. Hij zet uiteen hoe de schilder door haar vader Orazio werd getraind in de schilderstijl van Caravaggio, met zijn scherpe schaduwen, realisme en dramatiek. En hoe ze zich vervolgens de zoete stijl van de Maniera devota eigen maakte die geliefd was bij het Spaanse hof in Rome.

Werk van Artemisia Gentileschi uit Florence: Jaël en Sisera 1620 (92×127 cm), uit Venetië: koningin Esther voor Ahasverus 1627-30 (208×274 cm), en uit Napels: Corsica en de Satyr 1636-37 (155×210 cm)

Ze trouwt in 1613 en gaat naar Florence waar ze wordt toegelaten tot de Accademia del Disegno en schilderijen gaat maken die opvallen door een klassieke lijnvoering (zie de Jaël en Sisera hierboven). Van 1620 tot 1626 is ze in Rome. Vervolgens verhuist ze naar Venetië en gaat in de sensuele en rijk gedecoreerde stijl werken die daar leidend was. Om dan tegen 1630 te vertrekken naar Napels, waar ze zich bekwaamt in de weergave van kleding in felle kleuren.

Artemisia Gentileschi is dus veel verhuisd en heeft zich ingewerkt in steeds andere kringen van schilders en opdrachtgevers. Dat ze aan het begin van haar loopbaan nog zoekende is en diverse stijlen uitprobeert, is iets dat bij veel kunstenaars te zien is. Soms denken kenners bewijs te hebben gevonden dat haar vader in haar composities ingreep en uitvoeringen verbeterde. En toen ze in Napels op het toppunt van haar roem was, werkte ze regelmatig aan één doek met andere schilders, elk aan zijn eigen specialisme. Dus ook in die periode van haar werk kun je doeken tegenkomen die afwijken. Mogelijk zijn er in die tijd ook werken voor een deel uitgevoerd door leerlingen in haar atelier, met een andere penseelvoering. Maar de werken in deze expositie van Artemisia verschillen meer van elkaar dan ik gewend ben van andere kunstenaars uit de barok.

Artemisia Gentileschi: Judith onthoofdt Holofernes 1616-20 (199×163 cm)
Michelangelo Merisi da Caravaggio: Judith onthoofdt Holofernes, ca 1599 (145×195 cm)

Natuurlijk was het ook voor een kunstenaar in de zeventiende eeuw handig op een of andere manier te beantwoorden aan de smaak van de opdrachtgevers, en om te zorgen dat je werk herkenbaar is zodat je een naam en reputatie kunt opbouwen. En dat wilde Artemisia liever dan wat ook. Ze wedijvert graag met de grote voorbeelden in de schilderkunst. Zo gaat ze in haar weergave van het verhaal van Judith en Holofernes de strijd aan met Caravaggio, en in haar Esther voor Ahasverus met Veronese.

Paolo Veronese: Esther voor Ahasverus ca. 1570 (198×306 cm)
Artemisia Gentileschi: Esther voor Ahasverus 1627-30 (208×274 cm)

Maar tegelijk schrijven theoretici in die tijd hoe grote kunstenaars virtuositeit tonen door in verschillende stijlen te kunnen werken. En benadrukken ze het belang om de juiste stijl te hanteren in de juiste context. Een religieus onderwerp diende men anders in beeld te brengen dan een mythologisch, voor privé vertrekken kon een schilder zich meer vrijheid veroorloven dan voor een openbare ruimte. En Artemisia laat zich ook graag voorstaan op het feit dat ze zo wendbaar is. Ze schrijft in een brief van 1649: “Want ze benaderen een vrouw met een overvloed aan talent, een vrouw die ieder onderwerp elke keer op een andere manier schildert. Nooit heeft er iemand enige herhaling gevonden, niet eens van een hand!”

Dus als Artemisia voor het vrome Spaanse hof een madonna schildert kiest ze een devote stijl. Een beetje archaïsch ook – religieuze kunst heeft in het algemeen de neiging traditioneel te zijn. Verder moet de moeder van God mooi zijn en een zachtmoedige uitstraling hebben. Wat resulteert in een stijl met zachte kleuren en ronde vormen, die je gemakkelijk twintig of dertig jaar eerder zou dateren.

De klassieke historie van Lucretia (zie het schilderij in de bovenste strook afbeeldingen van dit blog) is een onderwerp dat de deugd van de kuisheid en trouw uitdraagt. Lucretia werd verkracht en pleegt daarom zelfmoord. Ze werd dus gezien als een voorbeeld voor de christelijke deugden van de vrouw, maar tegelijk plaatst ze zich met haar zelfmoord buiten de christelijke ethiek. Artemisia kiest voor haar verbeelding van het verhaal een harde, fel realistische stijl. De vrouw is niet mooi weergegeven: ze heeft een vertrokken gezicht en haar huid steekt koud en marmerachtig af tegen de zwarte achtergrond.

Twee werken van Artemisia Gentileschi: Inclinazione 1615-16 (152×61 cm) in het plafond van de Galleria van Casa Buonarotti, Florence,
en Venus en Cupido 1626 (97×144 cm) Virginia Museum of Fine Arts.

Artemisia Gentileschi maakte een personificatie van Inclinazione – de oriëntatie, de neiging – in opdracht van Michelangelo Buonarotti de Jonge (de neef van). Het werd een deel van het plafond van de Galleria in het Casa Buonarotti en was bedoeld om het kunstenaarschap van de beroemde Michelangelo te vieren. Zo’n personificatie op zo’n ceremoniële plaats diende in de eerste plaats mooi te zijn, een geïdealiseerde vrouwenfiguur. Personificaties waren gewoonlijk minimaal halfnaakt, maar nauwelijks erotisch.

Heel anders dan naakten die werden besteld voor privé vertrekken, waarin veelal juist het sensuele werd benadrukt. Naast Inclinazione staat een schilderij van Venus en Cupido. Ik weet niet of dit schilderij inderdaad is besteld voor privé vertrekken. De meeste kunsthistorische studies nemen dit wel aan. Het is een duur schilderij. Het prachtige blauw van het kleed waar Venus op ligt, is lapis lazuli. De hoeveelheid lapis werd vaak contractueel vastgelegd, en in veel gevallen vroegen schilders voorfinanciering om dit pigment te kunnen betalen. Het is dus waarschijnlijk dat het schilderij op bestelling is gemaakt. De afmetingen zijn fors, maar niet te groot om in een woonvertrek te hangen. Maar het belangrijkste argument is wel het gekozen onderwerp. Dat was erg populair voor schilderijen in privé vertrekken.

Terwijl ik deze schilderijen op een rij zet, dringt zich wel een overeenkomst in al deze doeken op: in bijna alle onderwerpen die gekozen zijn, speelt een vrouw de hoofdrol. Ik ben zeker niet de eerste die dit opmerkt. Er zijn veel studies die de voorliefde van Artemisia voor het schilderen van sterke vrouwen in verband brengen met het feit dat ze in het atelier van haar vader werd verkracht. Andere studies zijn uitgebreid op zoek naar gelijkenissen in de gezichten van de heldinnen op haar doeken met de trekken van de schilder zelf.

Maar afgezien van deze discussies, waar ik verder niet in wil treden, is de lange lijst heldinnen sowieso opmerkelijk: Susanna, Bathseba, Judith (al of niet met Holofernes), Jaël, Cleopatra, Lucretia, Venus, Danaë, H. Catharina, H. Cecilia, Maria Magdalena… Werd dit indertijd beschouwd als haar specialisme, haar unique selling point? Was zij als vrouw in het bijzonder in staat het vrouwenlichaam weer te geven? En meende men misschien dat zij zich beter dan een man kon verplaatsen in het karakter van een sterke vrouw?

Misschien, maar mij lijkt het logischer ervan uit te gaan dat Artemisia vooral vrouwen is gaan schilderen omdat die weg haar de meeste kansen bood. Feit is dat het voor een vrouw die leerde schilderen toentertijd moeilijk, zo niet onmogelijk was om toegelaten te worden tot de academies, en zeker tot de lessen tekenen naar naaktmodel die daar werden gegeven. En dat was misschien wel het belangrijkste onderdeel van de training van een schilder van historiën. Wie in de kringen van topkunst mee wilde doen moest historiën, mythologie, verhalen uit de bijbel en allegorieën schilderen. En ambitieus was Artemisia zeker: ze wilde de wereld tonen ‘waartoe een vrouw in staat was’, zoals ze schreef in een brief aan Don Antonio Ruffo in 1649.

Artemisia wist zich aan veel van de beperkende mores voor vrouwen te onttrekken. Ze trad toe tot de academie in Florence, verkeerde vaak in kringen van mannelijke kunstminnaars en kunstenaars en nam zowel deel aan hun geleerde en artistieke discussies als aan hun drinkgelagen en banketten. Maar een officiële opdracht geven aan een vrouw voor een schilderij met mannelijke naakten en historiën met mannelijke helden, ging dat niet een beetje te veel tegen de ongeschreven regels van dit statusgevoelige wereldje in? Zijn de vele vrouwelijke hoofdrolspelers in haar schilderijen kortom niet eerder een gevolg van de kunstmarkt en de morele beperkingen en vooroordelen die daar golden? En heeft haar ambitie en zelfverzekerdheid haar er vervolgens toe aangezet een stijl te ontwikkelen waarin zelfstandige vrouwen de rol overnemen van helden?

Artemisia Gentileschi: La Pittura
1638-39 (99×75 cm)

Plaats een reactie

Site gemaakt door WordPress.com.

Omhoog ↑